Protocol ‘Zingen tijdens de kerkdienst’
Dat hangt af van het aantal bezoekers dat in een van de risicogroepen, bijvoorbeeld ‘kwetsbare ouderen’, valt. En van de grootte van uw kerkgebouw en de mogelijkheden dit goed te kunnen ventileren. Op www.eerstehulpbijventilatie.nl kunnen kerkenraden met behulp van een online rekenmodule eenvoudig zien of het kerkgebouw van de gemeente geschikt is om te zingen.
RIVM-richtlijnen met betrekking tot zingen
De RIVM-richtlijnen schrijven het volgende voor als een kerkenraad besluit dat er gezongen gaat worden:
- Gezondheidscheck bezoekers (triage)
- Indien men gaat zingen tijdens de kerkdienst is registratie van kerkgangers verplicht. Ook bij diensten met minder dan 100 bezoekers binnen en meer dan 250 bezoekers in openluchtdiensten.
- Tussen de kerkgangers is een minimale afstand van 1,5 meter, bij voorkeur in zigzag-opstelling. Dat wil zeggen dat mensen niet recht achter elkaar zitten.
- Goede ventilatie van de ruimten waarin wordt gezongen is van wezenlijk belang. Ventileer de ruimte waar gezamenlijk wordt gezongen 24 uur per dag.
- Zorg ervoor dat de ruimte geregeld en afdoende wordt gelucht.
Leeftijd, grootte en ventilatie kerkgebouw
Hieronder leest u eerst de voorwaarden waaronder zang als onderdeel van de eredienst eventueel weer mogelijk is. De overheid geeft echter aan dat hoewel zij geen verbod formuleert, samenzang wel een risico inhoudt en dat de kerken zelf hun verantwoordelijkheid daarin dienen te nemen.
- Het risico op besmetting (door inademing van aerosolen) in grote oudere kerkgebouwen en in de buitenlucht is klein. Onder groot wordt verstaan: oppervlak groter dan 500m2 en volume van meer dan 3000m3. Onder oud wordt verstaan: gebouwen die gebouwd zijn voor 1945.
- In een middelgrote kerk (oppervlak kleiner dan 500 m2, volume 1000 tot 3000 m3) hangt het af van de aanwezige mechanische ventilatie.
- In een kleine kerk of kerkelijke ruimte (volume < 1000 m3 en lager dan 4 meter) kan niet veilig gezongen worden. Als u toch wilt zingen, zijn er forse ventilatiesystemen nodig.
Ventilatie
- Ventileren is het voortdurend verversen van lucht. De buitenlucht vervangt telkens (een deel van) de binnenlucht die ‘vervuild’ is door vocht, gassen zoals geurtjes en ziekteverwekkers. Ventileren is mogelijk via natuurlijke ventilatie (bijvoorbeeld roosters of kieren) of via mechanische ventilatie (ventilatiesysteem).
- Luchten (spuien) betekent dat in een gebouw ramen, luiken of deuren zo tegen elkaar open gezet worden dat er een flinke luchtstroming of -circulatie door de ruimte ontstaat. Soms kan het daarbij nodig zijn om, naast de ramen, luiken of deuren in de gevel of het dak, ook de binnendeuren tussen afzonderlijke ruimten open te zetten. Zorg ervoor dat tijdens het luchten mensen niet in de ruimte aanwezig zijn of, als dat niet mogelijk is, voorkom dat mensen in de luchtstroom achter elkaar zitten tijdens het luchten.
- Airconditioning, ventilatoren, klimaatregeling gebouw: Vermijd zo veel mogelijk het recirculeren (bijv. via airconditioningapparaten of ventilatoren) van de lucht in de ruimte. Airconditioningsystemen die buitenlucht aanzuigen en deze lucht koelen voordat het in de binnenruimte komt, kunnen worden gebruikt. Gebouwgebonden klimaatregelingssystemen (HVAC: heat , ventilation and airconditioning) die goed worden onderhouden en voldoen aan het Bouwbesluit hoeven niet te worden uitgezet of aangepast.
- Zie ook Ventilatie en COVID-19.
Meer diensten per zondag zijn mogelijk, mits er tussendoor gelucht wordt. Als de kerkzaal optimaal kruislings geventileerd kan worden door het openen van ramen en deuren tegenover elkaar, volstaat in theorie een luchttijd van ca. 30 minuten. In dat geval adviseren wij een veiligheid in te bouwen door tussen twee diensten minimaal een uur ruimte te houden en stevig te ventileren. Als u slechts beperkt kunt ventileren, omdat er bijvoorbeeld maar aan een zijde openingen zijn, adviseren wij een interval van minimaal 4,5 uur.Bij twijfel over ventilatie en luchtstromen in de kerkelijke ruimte wordt aangeraden om professioneel advies in te winnen.
Verantwoordelijkheid kerkenraad
Wanneer een plaatselijke kerkenraad, na kennisname van de randvoorwaarden, besluit dat het verantwoord is om samenzang in de eredienst te laten plaatsvinden, dient dit te worden vastgelegd in het gebruiksplan van het betreffende kerkgebouw.
Belangrijk in de besluitvorming is de verantwoordelijkheid die de kerkenraad draagt voor een verantwoorde toepassing van de richtlijnen en adviezen ten aanzien van gezondheid en zingen in een kerkgebouw.
Bekijk hier het volledige protocol:
Protocol kerkdiensten en andere kerkelijke bijeenkomsten
14 mei 2020 Pijl naar rechtsBron: 'Protestantse Kerk Nederland'