Zondag 5 november 2017 Remigiuskerk

Marcus 1: 14-20 en Marcus 10: 13-16.
Liederen: 218; “Laat de kinderen tot Mij komen”; 531; 839:3; 344; 354; 423. 
Doop(gedenk)dienst.


Het dansje in de kerk, geschilderd door Marius van Dokkum is nu te zien op het beeldscherm. In een klein lijstje staat dit ook in mijn werkkamer. Het  dansende meisje met haar staartjes, haar rode truitje met daarop een schaap en de lichtkring om haar dansende beentjes: ze is voor mij een knipoog van God. En ze helpt mij om met een knipoog te kijken naar mijn werk en naar de kerk. Even de voetjes van de grond, relativeren: waar was het nu ook al weer om begonnen? De banken, de kroonluchter, het orgel, de muren, de preekstoel? Ging het niet om mensen? Om mensen van wie God houdt, mensen die grijs en oud worden maar altijd Gods kind blijven? Mensen die denken, dat ze veel weten en veel moeten, maar die altijd leerling van Jezus mogen blijven, zijn vriend of vriendin?
Het dansende meisje nodigt anderen uit om mee te doen, in beweging te komen. Ze herinnert ons als mensen van de kerk aan onze roeping. Dat Jezus aan het begin van zijn weg mensen heeft geroepen om Hem te volgen, om vissers van mensen te worden. Met Hem hadden de leerlingen “never a dull moment”, ze verveelden zich niet en bleven in beweging. In de lange geschiedenis van 2000 jaar lijkt die beweging soms vergeten. Bij de kerk krijgen veel mensen dan het beeld van die gesloten houten bankjes en hoge preekstoelen. Maar als je  goed om je heen kijkt naar christenen en kerken wereldwijd en ook in Nederland, zijn er heel veel vormen en bewegingen om het geloof te communiceren, en manieren waarop de liefde van Jezus Christus handen en voeten krijgt. En ook onze eigen kerkgemeenschap bestaat uit mensen die veel en vaak in beweging zijn en bewogen zijn om anderen. Niet in de laatste plaats om kinderen en jongeren. Onze kerkgemeenschap heeft het verlangen uitgesproken, een kerk te willen zijn waarin kinderen en jongeren betrokken zijn en meedoen. We zoeken nog anderen erbij – vrijwilligers in het kinderwerk vooral, die er met ons voor willen gaan: de boodschap van het Evangelie doorgeven en voorleven aan de kinderen en jongeren met wie we in aanraking komen. Ons verlangen is,  dat kinderen zich aangeraakt weten door Jezus zelf. 
Daarom zijn we zo blij vanmorgen met de kinderen die vanmorgen in ons midden zijn en met jullie, hun ouders. Jullie mogen zelf de liefde van God belichamen, dag en nacht voor je kind. In het gezin leef je met elkaar in een micro- samenleving, waar je op de vierkante meter be-leeft wat geloof, hoop en liefde betekenen. Soms ook een uitdaging. Als de eisen van werk en maatschappij zwaar aan je trekken. Als de tijd ontbreekt om op adem te komen. Als dingen anders lopen dan je gehoopt en gedroomd had. Als je kind anders reageert dan je gewend bent. Als je afstand voelt in je relatie. Als je zorgen hebt om de toekomst van je kind, wanneer je al die nare berichten in de media ziet en hoort……. Zoek de kracht van geloof, hoop en liefde. En misschien is er plotseling weer die lichtkrans om je bestaan; 10 tegen 1 dat je kind dat licht binnenbrengt! 
Kijk naar de kinderen, zegt Jezus. Zij staan open voor wat nieuw is, zij vragen om liefde en geborgenheid, zij geven je hun vertrouwen. Als kinderen mogen jullie, grote mensen – ouders, ouderen, kerkmensen – ook zijn. Je mag verwachtingsvol leven. Dat Gods vrede eens de wereld en alles en allen zal vullen en zal leiden. Het Koninkrijk van God is dichtbij, zegt Jezus. Kom daarom tot inkeer en hecht geloof aan dit goede nieuws! Breng daarom de kinderen bij Mij, want de poorten van Mijn rijk staan voor hen open. Gods Nieuwe Wereld begint met hen! 
We hoorden wel in het Evangelie van Marcus, dat de zelfde leerlingen van Jezus, die zo spontaan hun werk neerlegden om Hem te volgen, later de kinderen bij Jezus willen tegenhouden. Misschien in alle goede bedoelingen een blinde vlek gekregen? Zelf zijn ze geroepen en geraakt door Jezus notabene! Hoe kan het dan, dat de kinderen geen toegang tot Hem krijgen? Zullen wij als gemeenteleden “onze" kinderen niet tegenhouden? Niet voor Jezus gaan staan met onze eigen zorgen en twijfels, met onze heilige huisjes of  met onze vaste patronen? 
We hoorden in het Evangelie ook, dat “de mensen” hun kinderen bij Jezus wilden brengen om ze door Hem te laten aanraken. Nemen jullie, ouders, je kinderen mee naar Jezus? Geloven, hopen, liefhebben: ze horen bij elkaar. En geloven vooral, is een zoektocht. Dat kun je en hoef je niet alleen te doen. In deze tijd is geloven misschien nog minder vanzelfsprekend dan het vroeger leek. Het was ook voor jullie ouders bepaald geen “gesneden koek’. Maar wel was er meer herkenning en gewoonte om hen heen. In de veelheid van geluiden van onze tijd, in de veelheid aan keuzes is de uitdaging groter, om de stem van God en de roepstem van Jezus Christus te horen. Maar Hij opent zijn armen ook nu voor jou en je kind! In de gemeenschap van zoekers en gelovigen rond Christus willen we jullie steunen en verwelkomen met jullie kinderen om hen door Hem te laten zegenen. 
Hij roept en raakt ons, hier samen. Hij zegent ons. De kinderen voorop. Laten we met hen dansen en zingen.  Kijk naar het kind en hoor dan de stem van Jezus (Lied 839):
  
Ik danste voor blinden die mij riepen om licht.
Ik gaf aan verschopten een stem, een nieuw gezicht.
Ik danste voor kinderen, de koning te rijk.
Ik danste het lied van gerechtigheid. 

Dans, dans, en doe maar mee met Mij. 
Ik ben de Heer van de dans zegt Hij. 
Ik ga je voor, Ik haal ook jou erbij,
want Ik ben de Heer van de dans zegt Hij. 

Amen.

AB

Voor meer foto's zie het fotoalbum.