Stille week
In de Remigiuskerk zijn wij gewoon om Pasen gestalte te geven rondom een aantal vieringen in de Stille Week. Je kunt niet zomaar Pasen vieren. Pasen komt niet uit de lucht vallen. Er gaat heel wat aan vooraf. De stille week begint met Palmzondag. Met de avond van Witte Donderdag begint het Paasfeest. De naam van deze dag hangt vermoedelijk samen met de liturgische kleur wit. De kleur van het feest. Vandaag immers wordt het Paasfeest ingezet. Het is de avond, waarop wij de maaltijd des Heren vieren en zo gedenken dat Jezus met zijn leerlingen voor de laatste keer het avondmaal vierde. De dienst op Goede Vrijdag is sober van karakter. En zeer indringend. Centraal staat het kruis: het kruis op Golgotha en daarmee de kruisen die overal in deze wereld worden opgericht. Stille Zaterdag. Het is stil geworden na Goede vrijdag, de stilte van de dood, doodstil. Wij komen bijeen om te bidden, om te waken, om te zingen, om te luisteren, wachtend, hopend op de morgen. De lichten in de kerk zijn gedoofd. Iedereen heeft een eigen kaarsje uitgereikt gekregen en deze wordt nu aan de grote paaskaars ontstoken. Zo gaat het licht van de Opgestane als een lopend vuurtje door de kerk. Wij vieren de overwinning van het licht op het duister, midden in de nacht. De overwinning van het leven op de dood. De paasnacht is van oudsher de nacht waarin gedoopt werd. Paasmorgen. We zijn de lange weg gegaan. We erkennen het weer: er is dood, verdriet, nood. Er is duisternis. Maar vanuit het Evangelie mogen we op Paasmorgen belijden dat er leven is en toekomst. We volgen een Levende Heer... de Opgestane!! |