Zien met andere ogen

Er is een jaar van voorbereidingen aan voorafgegaan en vandaag is het dan zover, vrijdag 24 september 2010. In alle vroegte staan we bij Ons Huis te wachten op de bus die ons naar Schiphol zal brengen en vele uren later landen we op het vliegveld in Tel Aviv. Het is dan tien uur in de avond en buiten is het 30 graden. 
Maar laat ik eerst onze groep voorstellen. We zijn met 34 en komen bijna allemaal uit Hengelo. We vormen een oecumenische groep. Het grootste deel is van protestantse huize, een klein deel – om precies te zijn drie deelnemers – is katholiek. Vanaf het begin voelen wij ons één groep. En op het einde van de reis ervaren we het als een verrijking dat we samen zo intens met elkaar opgetrokken zijn. 

Over de reis zelf valt heel veel te vertellen. We hebben zoveel gezien en onderling zoveel gesprekken gevoerd dat ik mij wil beperken tot hoe we de heilige plaatsen ervaren hebben.
Op een van de eerste dagen bezoeken we de berg van de Zaligsprekingen. Het is een flinke klim. Daarom brengt de bus ons naar de top van de berg. We stappen uit en lopen via moeilijk begaanbare paden naar beneden. Je voelt de stilte en de brandende zon. En door die stilte voel je je opgenomen in het dorre bergachtige landschap. Dat landschap moet 2000 jaar geleden ook zo geweest zijn, besef je. Halverwege stoppen we en zoeken een kei op om te zitten. We luisteren naar de passage uit Mat. 5:1-11 over de zaligsprekingen. En dat maakt het beeld compleet. 

Deze stilte maken we ook mee op het meer van Tiberias. We hebben een boot gehuurd en liggen midden op het meer stil voor een kerkdienst. En in deze rustige omgeving waar je alleen het kabbelen van het water hoort, zingen en bidden we en lezen de passage uit de bijbel over de storm op het meer (Mat. 14:22-33). In deze stilte krijgt alles een andere dimensie. “Zien met andere ogen” verwijst naar het gedicht “Anders zien” van Marinus van den Berg. We luisteren naar dit gedicht tijdens de viering op het water en beseffen nog niet hoe belangrijk deze woorden  zullen worden. 

Maar zult u zich afvragen hoe was het in Nazareth, Bethlehem en op al die heilige plaatsen in Jeruzalem. En de Via Dolorosa niet te vergeten. Hoe was het daar? Ik durf het nauwelijks te beschrijven. Woorden als wat een hektiek, wat een drukte en wat een kermis komen in mij op. Oneerbiedige woorden. Ik weet het. 

Maar laat ik eerst met een misverstand beginnen. Je denkt naar het heilige land te gaan om iets terug te vinden van 2000 jaar geleden. Maar dat is natuurlijk onzin. De tijd is niet stil blijven staan. Ook niet in de hof van Gethsemane. Er is een parkje aangelegd met acht oude  olijfbomen omgeven door een hekwerk. Daarnaast staat een grote kerk en verder is alles volgebouwd. En daar moet je het mee doen. 

En Bethlehem? Dat is nu een stad van meer dan 60.000 inwoners en vormt met de omliggende dorpen erbij een bevolking van 80.000 meest Palestijnen. Waar is de stal of de grot? Waar zijn de herders op het veld enz. Daar is natuurlijk niets meer van over. Wat je ziet is een grote kerk gebouwd op de plaats van de vermoedelijke geboorte. En in die kerk heel veel  mensen, die langs een nis schuiven waar de kribbe gestaan zou hebben. 

In de H. Grafkerk in Jeruzalem zou je een gewijde stilte verwachten, een plaats van bezinning. Maar het is een drukte van belang. Er zijn mensen die zich verdringen om bij de steen te komen waar Jezus na de kruisafneming op gelegen heeft. Ze leggen er allerlei voorwerpen op als halskettingen, sieraden om deze te heiligen. Anderen kussen de steen. Er zijn mensen die urenlang in de rij staan om bij de plaats van het graf te komen. Er lopen paters rond die wijd zwaaiend met wierookvaten een weg door de menigte proberen te vinden. En daar sta ik dan, een nuchtere Hollander. Ik voel me niet op mijn gemak. Wat doe ik hier eigenlijk? Ik ga naar buiten en zoek een bankje in de schaduw. 

Of… zou ik het toch anders moeten zien, om met de woorden van Marinus van den Berg te spreken. Maar hoe? …… Dan besef ik dat ik de wereld om mij heen bekijk vanuit mijzelf, met westerse normen en waarden en met een blik van Hollandse nuchterheid. Ik zoek een beleving die bij mij past. En ik besef onvoldoende dat we niet allemaal hetzelfde zijn. Gun anderen hun vaak uitbundige belevingsvormen, denk ik. Ja, waarom niet. We gedenken in de H.Grafkerk toch allemaal hetzelfde. Alleen iedereen doet dat op zijn manier. Ik ga terug naar de kerk en kijk nu met andere ogen. Wat een feest eigenlijk. Zoveel mensen, zoveel talen, zoveel nationaliteiten, zoveel enthousiasme en zoveel belevingen. En wat bindt ons samen? Dat is het bijbelverhaal van 2000 jaar geleden. Geweldig toch! Inderdaad je moet de heilige plaatsen met andere ogen zien. 

Zo waren we in een kerk. Ik weet niet meer waar. Er zat een prachtige akoestiek in de kerk. Dus we besloten een lied te zingen. We kozen daarvoor het lied Laudate omnes gentes, Laudate Dominum. Op dat moment kwam er een groep binnen, aan de taal te horen uit een of ander Zuid Amerikaans land. Zij hoorden ons zingen en namen het spontaan over. Het klonk geweldig samen en wij voelden ons één met deze mensen aan de andere kant van de wereld. En dat deed ons meer dan de prachtige akoestiek. Anders zien en anders ervaren, dat moesten we eerst leren.   

We zijn weer terug in Hengelo met zeer veel verhalen en veel herinneringen. Een fractie hiervan heb ik in het bovenstaande verwoord. Het was een fijne groep en een geweldige reis mede dankzij de enthousiaste leiding van Christien Ferrari en Gerry Spekkink. 

Leo Rijpkema, ook namens Ria en Gerry.

Voor foto's zie het fotoalbum op deze site.