Toen was geloof heel gewoon?
Hebt u de tv- serie ook gezien: “Toen was geloof heel gewoon”? ( Ned. 2, EO, zaterdagavond, juli- augustus) Terwijl ik dit schrijf, loopt de serie nog. Maar de drie voorbije afleveringen hebben mij bijzonder geboeid. De EO brengt het in een nostalgisch jasje, door presentator Andries Knevel in een oude citroén (de “snoek”) te laten rondtoeren langs dorpen, steden en kerken en spreekt met bekende en onbekende Nederlanders over geloven en de rol van de kerk. Terecht schreef een columnist in Trouw over de titel: er is toch nooit iets “heel gewoon” geweest aan geloof? Want geloven vraagt wat van je, een gelovige kent haar, zijn twijfels, geloven gaat over een levensstijl, een levenshouding die niet vanzelfsprekend is, in welk tijdsgewricht je ook leeft. Maar ja, Andries zal de eerste zijn om dat te beamen. De makers bedoelen er natuurlijk de “gewoonte” van kerkgang, christelijke scholen en de verzuiling mee. In de vorige eeuw was het in die zin “gewoon” om gelovig te zijn: je was katholiek, gereformeerd of hervormd. En soms “niks”. Er werd in de samenleving sterk langs die scheidslijnen gedacht en geleefd. De kerken zaten op zondag goed gevuld. De “zuilen” zijn intussen verdwenen en veel kerkgebouwen gesloten, gesloopt of her- ingericht. De Remigiuskerk in Hengelo was vóór de restauratie van 2011 tot in het achterste hoekje gevuld met banken. Het is al veel langer geleden, dat die banken tot in het achterste hoekje gevuld waren met mensen….. is het een tijd waarnaar iedereen terugverlangt? Natuurlijk is het heerlijk om in een goed gevulde kerkruimte samen te zingen en voor een dominee zijn de vele lege plaatsen en banken zeker geen inspirerende aanblik. Dit laatste is overigens te voorkomen, als kerkgangers “compacter” gaan zitten. We zijn gezegend met de ronde opstelling van de banken. Zitten in de kring bevordert de betrokkenheid en feestvreugde. Anders dan veertig, vijftig jaar geleden, behoort de zondagse kerkgang niet tot de vanzelfsprekendheden. Er is veel wat om aandacht vraagt: van sport tot familiereünie, van (klein)kinderen op de koffie tot cultureel evenement. Naar de kerk gaan is een keuze, die in het gedrang lijkt te komen door alles wat kan en soms “moet”. En was de kerk “vroeger” een belangrijke ontmoetingsplaats – in bijvoorbeeld Amerika heeft de kerk die sociale functie nog steeds –tegenwoordig ligt die behoefte anders. In een dorp kom je elkaar ook tegen op de sportclub, in de supermarkt of bij school. En als het gaat om doordeweekse activiteiten is er ook de “concurrentie” met een ruim aanbod aan sport en cultuur. Voor veel mensen is de wereld “groter” geworden in de laatste decennia. Ook voor wat betreft religie en spiritualiteit. Veel makkelijker dan “vroeger” gaan mensen buurten bij andere kerken of religieuze groepen. Spiritualiteit is te koop in glossy bladen, op evenementen of met een cursus hier of daar. Het verlangen naar duiding, zingeving, antwoorden op grote vragen en naar ervaringen van vrede en rust: je kunt ervoor terecht in een breed aanbod aan spiritualiteit. Weleens gedacht aan de rijke bron van spiritualiteit, waarin al wat maar menselijk is aan de orde komt en erkenning krijgt: de Bijbel? Rondom die Bijbel wordt elke zondag een “evenement” georganiseerd. Met muziek en zang, ruimte voor bezinning en interactie tussen deelnemers en leiding. Gratis koffie na afloop. In de kerk, jawel. Maar dat is zo “gewoon”…..! “Toen was geloof heel gewoon”. Gelukkig is geloven niet vanzelfsprekend en niet gewoon maar bijzonder uitdagend en bemoedigend. Zeker in onze tijd. Nu de wereld niet alleen groter wordt, maar tegelijk kleiner. Hoe snel en eenvoudig verplaatsen we ons niet naar andere werelddelen? En wat er allemaal gebeurt in de wereld, komt door de media indringend in onze huizen binnen. Veel narigheid, veel om bezorgd over te zijn. Maar in die kleinere wereld kun je tegelijk je eigen situatie relativeren. En die van de kerk in Nederland. We zijn deel van de wereldkerk van Jezus Christus. Een bloeiende beweging. Kinderen in Egypte doen fanatiek mee aan een wedstrijd om een Bijbel te winnen! ( zie de collecte van Kerk in Actie 13 augustus) en in China groeit de kerk met duizenden per maand. Om maar een paar voorbeelden te noemen. Misschien moeten we eens ons licht opsteken bij christenen van elders? Misschien kunnen zij ons inspireren en helpen voor persoonlijk geloof en samen kerk zijn? De persoonlijke passie, de honger van christenen naar (Bijbel)kennis, het besef van de menselijke afhankelijkheid, het openlijk getuigen, het wij- gevoel…… Ik noem maar een paar aspecten van het christelijk geloof, zoals die in zendings-verband opvallen. Nee, geloof is nooit “gewoon” en voor miljoenen mede christenen niet iets van “toen” maar helemaal van nu en morgen. Tegelijk met de serie “Toen was geloof heel gewoon” houdt het Museum Catharijne Convent een campagne “Het grootste museum van Nederland”. Het publiek wordt gewezen op tientallen monumentale kerken. Tja, weer zo’n prikkelende titel. Ook hier is kritiek op gekomen. Want de meeste van die zogenaamde museale kerken zijn gewoon levende Godshuizen. Waar zondag aan zondag jong en oud samen vieren. Waar kruispunten op de levensweg gemarkeerd worden met een ritueel. Maar ach, deze titel wil natuurlijk uitnodigen om eens een kijkje in een kerk te nemen. Voor wie daar zelden of nooit komt, werkt de culturele insteek wellicht prima. De kerkgebouwen vertellen als het ware iets van het Verhaal. En wanneer de bezoeker in zo’n oud gebouw, onder de hoge gewelven en lichte vensters eens rustig gaat zitten op de houten bank …. Dan hoort en ziet hij, zij, waar het hier om begonnen is. Hoor…. Zondag hebben ze hier nog gezongen: “De vreugde voert ons naar dit huis waar ’t Woord aan ons geschiedt…… waar nog de wolk gebeden hangt van wie zijn voorgegaan….. blijven zal de kracht die wie hier schuilen verder leidt tot alles is volbracht.” ( uit Lied 280). Aleida Blanken. |